Het is alweer 25 jaar geleden dat Arshad Warsi Bollywood instapte. In een recent interview kijkt hij terug op de hoogte- en dieptepunten van zijn carrière. De acteur is alle mensen die in hem geloofden dankbaar en zegt dat hij nog een lange reis voor de boeg heeft.
Arshad begint zijn carrière als choreograaf in de film Roop Ki Rani Choron Ka Raja uit 1993. Drie jaar later maakt hij zijn debuut als acteur met Tere Mere Sapne, dat op 6 december 1996 uitkwam.
“Ik ben zowel verrast als blij dat ik 25 jaar in Bollywood heb voltooid. Ik had nooit gedacht dat ik hier 25 jaar laten nog zou zijn. Het was beangstigend dat ik vroeger mijn leeftijdsgenoten één voor één zag verdwijnen. Ik dacht altijd: Ik ben de volgende die eruit gaat.”
“Ik was doodsbang om mijn debuut te maken, omdat ik nooit eerder had geacteerd. Het idee om de hoofdrol te spelen was eng. Ik heb heel erg mijn best gedaan om niet te gaan acteren. Ik ben één van de zeldzame rassen die zijn best heeft gedaan om onder de film uit te komen. Omdat ik zo bang was om te falen”.
“Daar liep ik dan, terwijl iedereen zei: speelt deze jongen de hoofdrol? Ik heb alles meegemaakt; slechte fasen waar ik geen werk had tot non-stop werken. Ik ben al die mensen die in mijn geloofden en nog steeds het vertrouwen in mij hebben erg dankbaar. En ook het publiek. Ik heb het gevoel dat ik nog een lange weg te gaan heb. Dus, de waarheid is, ik heb 25 jaar in de industrie gewerkt en ben nog steeds op zoek naar een baan omdat dat is hoe de industrie werkt”.
Lange tijd ging Arshad ervan uit dat het puur geluk is dat hij werk krijgt: “Ik dacht: Mensen denken dat ik een acteur ben, wow’.” Naarmate hij meer personages verkende, kreeg hij meer vertrouwen in zijn vak en kan hij nu met trots zeggen: “Ik ken mijn werk. Die fase is voorbij waar ik dacht dat het geluk was. Ik heb zeker wel wat talent in mij”.
Door de jaren heen heeft hij indruk gemaakt op zowel het publiek als critici met zijn uitvoeringen in projecten zoals de Munna Bhai-serie, Ishqiya (2010), de Golmaal-franchise, Jolly LLB (2013), Seher (2005) en Asur. En hij heeft heel wat projecten klaar staan.
“Ik ben dankbaar voor elke dag. Want zodra je de realiteit onder ogen ziet, kun je zeggen: Ik word oud, en het werk neemt af. Maar daar ziet het er niet naar uit. Ik heb het ineens te druk’, zegt hij.
Sterker nog, hij houdt ervan om te experimenteren nadat hij de faalangst heeft losgelaten. “Ik neem falen of succes niet te serieus. Ik geef ook niet zo snel op. Dit zijn de dingen die onbewust voor mij hebben gewerkt”, aldus de 53-jarige acteur.
